Lintopdrachten overslaan
Verdergaan naar hoofdinhoud

De echte eredivisie van de opsporing

Plaatsingsdatum: 10-11-2020 08:30

Laatste update: 10-11-2020 11:37

Mijn nieuwe functie bij de politie heet 'portefeuillehouder opsporing in de basisteams'. Ik kan me voorstellen dat voor iemand buiten onze organisatie niet meteen duidelijk is wat dat inhoudt. Het zal er niet beter op worden als ik daaraan toevoeg dat ik me bezig ga houden met een 'betekenisvolle intake'. Maar de wolk van politiejargon trekt meteen op als ik vertel over de manier waarop we omgingen met een man van 87 die aangifte kwam doen van internetfraude.


He
t verhaal van de man klinkt helaas maar al te bekend. Op een doordeweekse middag werd hij gebeld en op de display van zijn mobiele telefoon verscheen de naam van een grote Nederlandse bank. Een keurig klinkende vrouw vertelde dat er een probleempje was met zijn rekening. Alles werd in een mum van tijd opgelost als hij zijn geld even op een andere rekening parkeerde, verzekerde ze. Vrijwel meteen nadat hij het geld overmaakte, vroeg de man zich af hoe hij zo dom kon zijn om haar te geloven. Meer dan 1000 euro bleek naar een niet traceerbaar ergens verdwenen.

Dezelfde dag nog meldde hij zich op het politiebureau in zijn woonplaats om aangifte te doen. In zijn hoofd tolde de gebeurtenis van even daarvoor nog na, toen hij er door de medewerkster van de servicebalie streng op werd gewezen dat hij zijn handen diende te desinfecteren. En zomaar even aangifte doen… daarvan kon geen sprake zijn. De man kreeg een blaadje toegestoken met een paar telefoonnummers en droop nogal ontdaan af. Het duurde nog acht dagen voor de aangifte rond was. De man moest eerst bellen en daarna wachten tot hij weer werd teruggebeld.

Zo werken dus de procedures die er voor moeten zorgen dat de stroom aangiftes praktisch en effectief worden afgehandeld. Als ik zo'n verhaal hoor vraag ik me af hoe is het in vredesnaam mogelijk is dat we zo met een
slachtoffer van die leeftijd zijn omgegaan? Was het echt te veel gevraagd hem koffie aan te bieden en zijn verhaal te laten doen? Kon er niet even een wijkagent bij komen om zijn verhaal op papier te zetten? Vroeg ook maar iemand zich af hoe we deze man echt -betekenisvol- konden helpen?

Dit verhaal maakt wat mij betreft duidelijk waar de komende jaren bij het verbeteren van de opsporing de prioriteit moet liggen: dat we het belang van de slachtoffers centraal gaan stellen. Daarvoor moeten we bij de vernieuwing van de opsporing de bakens verzetten. De afgelopen jaren is het meeste geld en de meeste aandacht gegaan naar wat veel collega's als de eredivisie van de opsporing zijn gaan zien: de High Impact Crime, de 400 specialisten van het Multi Disciplinair Interventieteam, de cyberspecialisten, de mannen en vrouwen die grote internationale onderzoeken doen, enzovoort. Dat is allemaal heel belangrijk, maar toch zouden de basisteams de échte eredivisie moeten zijn. Meer dan 80 procent van de gevallen komt op hun bordje terecht variërend van winkeldiefstallen tot steeds meer gevallen van digitale criminaliteit.

Het leveren van de vereiste topprestaties voor al die slachtoffers vereist dat de basisteams in staat moeten zijn weer echt naar ze te luisteren en in staat zijn maatwerk te leveren.
Dat betekent dat we geld en kwaliteit moeten investeren in de plekken waar slachtoffers zich melden en anders -toekomstbestendig- moeten kijken naar de functies en opleidingen van mensen die daar werkzaam zijn. En vooral dat we heel veel moeten investeren in de verandering van de houding, organisatie en cultuur.

Voor die beweging mag ik me de komende twee jaar dus voltijds inzetten. Een mooiere klus kan ik niet bedenken.

Reacties? Mail naar kwaliteitopsporing@politie.nl

Columnist van dienst: Margriet Algera

Portefeuillehouder opsporing in de basisteams van de Eenheid Midden Nederland


Trefwoorden