Naar hoofdinhoud
  1. Organisatie

Opening Politieonderwijsjaar: kennis is de spil van het onderwijs

Geschreven op
Korpschef Janny Knol zit in het publiek en lacht

Hoe leidt de Politieacademie politiemensen op die weerbaar en stevig kunnen blijven staan? De samenleving wordt immers steeds turbulenter. Dat was het thema van de opening van het Politieonderwijsjaar op maandag 1 september. ‘Docenten maken het onderwijs’, sprak Leonard Kok, directeur van de Politieacademie.

‘Het is een bijzondere opening dit jaar’, vertelde hij. ‘Vijftig jaar geleden is dit complex door  voormalig minister Dries van Agt, geopend als politieonderwijslocatie. Deze man kon prachtige speeches houden.'

‘Ik ken een anekdote uit de speech die hij gaf bij de opening. ‘Met de keuze om hier een Politieacademie te maken, met een bibliotheek, laat de politie zien dat ze niet alleen maar de sterke arm is, maar ook hersens heeft.’ Dit is een belangrijke opmerking, want het zijn van een kennisinstituut is voor de Politieacademie ook erg belangrijk.’

Het atrium van de Politieacademie was gevuld met onder meer docenten, genodigden, maar vooral met studenten. Er hing een ontspannen sfeer: er werd gelachen, maar er werd ook aandachtig geluisterd naar de verschillende sprekers.

Studenten in uniform vanaf de rug in het atrium

De kunst van het communiceren

De opening Politieonderwijsjaar begon met drie minicolleges. In het eerste college werd het thema ‘onderhandelen met mensen die geloven in desinformatie’ besproken. Harald van Opzeeland, coördinator van het team Bewaken, Beveiligen en Interventies op de Politieacademie in Ossendrecht, vertelde dat de werkelijkheid voor iedereen anders is.

‘Communiceren is belangrijk. Als politieagent krijg je vaak met het emotionele of reptielenbrein van een ander te maken. Dan is het belangrijk dat je duidelijk bent in je boodschap. En dat je goed nadenkt over hoe je iets zegt. Begrijp eerst hoe de ander denkt zoals hij denkt, voordat je vragen stelt of stappen zet. De kunst van het communiceren, begint met luisteren.’

Een klok drukt je met je neus op de tijd

Het laatste minicollege ging over het nieuwe Wetboek van Strafvordering. Het huidige wetboek is honderd jaar oud. Het is tijd voor een moderne versie, vertelden Laura, coördinator bijscholing, en Lieke, strategisch adviseur van de Leeropgave nieuwe Wetboek van Strafvordering. ‘Wat betekent dit nieuwe wetboek voor het onderwijs? Alle opleidingen, maar ook toetsvragen, moeten worden aangepast. Maar het is meer: ook bepaalde termen gaan veranderen. Dus ook de docenten taalvaardigheid moeten hiervan op de hoogte zijn.’

Na het minicollege onthulde Leonard een aftelklok, die aftelt naar de invoering van het nieuwe wetboek, op 1 april 2029. Deze klok toont naast het aantal dagen, elke dag een ‘weetje’ met informatie over het nieuwe wetboek. ‘De politie weet heel goed hoe te acteren als er een crisis is’, legde Leonard uit. ‘Maar dit is ingewikkelder. We moeten nu echt aan de slag om in 2029 klaar te zijn. Om ons hieraan te helpen herinneren, hebben we een aftelklok ontworpen.’

‘Het nieuwe wetboek raakt straks iedereen die bij de politie werkt. Met de aftelklok willen we mensen bewust maken dat er wat gaat veranderen. Doordat je een klok hebt, word je met je neus op het feit gedrukt dat je elke dag tijd verliest die je nooit meer terug kan verdienen. Het onderstreept ook de hoeveelheid tijd die aan dit grote project vastzit. Het is mooi om dit te laten zien aan iedereen die de Politieacademie bezoekt.’

‘Wiebelen mag’

Dagvoorzitter Piet-Hein Peeters ging in gesprek met Leonard en korpschef Janny Knol. ‘Bij ‘stevig staan’ is zichtbaar zijn ook belangrijk’, vertelde Janny. ‘Maar stevig staan betekent niet dat je niet mag wiebelen. Soms kom je bij een nieuw perspectief uit. Als je hierover het gesprek aangaat – op het bureau of in de klas bijvoorbeeld – dan kun je veel leren. Jezelf uitspreken over hoe wij als politie het beste de samenleving kunnen dienen, is ook een manier van stevig staan.’

‘Wat voor politiemensen heb je nodig om stevig te staan? Wat mij betreft is het belangrijk dat de politie er voor iedereen is’, legde Janny uit. ‘We moeten echt werken vanuit gelijkwaardigheid. Dat betekent dat je soms een kleine groep moet beschermen tegen een grote groep.’

Wat draag je als agent uit?

Na dit gesprek, ging het over het belang van goed docentschap. Wil je mensen opleiden die stevig kunnen staan in een woelige samenleving, dan vraagt dat ook veel van de docenten. Docent bij de wijkagentenopleiding Miranda Nibourg vertelde over haar politiewerk als wijkagent.

‘Wat draag je als agent uit?’, vroeg zij de zaal. Haar ervaring op straat neemt ze mee in haar docentschap. ‘Ik heb een cruciale rol in het opleiden van de politiemensen van overmorgen. Ik begeleid ook studenten. Dat is niet altijd makkelijk, want er spelen in de maatschappij soms gevoelige actuele vraagstukken. Die moet je ook meenemen in je lessen.’

Lector Jan Nap spreekt de zaal toe

Een denkende politie

Jan Nap, lector Waardevolle praktijkontwikkeling bij de Politieacademie, reflecteerde op de term ‘stevig staan’. ‘Een geloofwaardige democratische rechtsstaat vergt een denkende politie’, legde hij uit. ‘Tegelijk merk ik op dat de politie het denken nog verder moet ontwikkelen, soms serieuzer moet nemen. En dat raakt aan onderwijs van de Politieacademie, maar zeker ook het leren van de gehele politie.’

‘Mij lijkt het dan ook goed om de opening van het onderwijsjaar te zien als een opening van het leerjaar voor de gehele politie. Denkwerk is nodig, maar komt niet vanzelf voort uit de praktijk. Hier ligt dus een grote opgave voor iedereen die bijdraagt aan de ontwikkeling van het politievak en politiemensen. Dat zijn uiteraard de politiemensen zelf, maar natuurlijk ook hun leraren en leidinggevenden.’

Dienstbaarheid aan de rechtsstaat

De middag eindigde met een vraaggesprek tussen minister van Justitie en Veiligheid David van Weel en dagvoorzitter Piet-Hein. Sarah Rust, voorzitter van de studentenraad van het Hoger Politieonderwijs (HPO), sloot hierbij aan. Er was een discussie over dienstbaarheid aan de rechtstaat of dienstbaarheid aan het bestuur. De minister vond dit in de Nederlandse situatie geen tegenstelling. ‘We hebben rechters die toetsen of besluiten wel of niet rechtmatig zijn geweest. De uitvoerende macht zit hiertussen. Als die machten naar elkaar gaan wijzen, dan denk ik dat we de rechtstaat aan het ondermijnen zijn.’

De opening werd afgesloten met een videoverbinding met de klokkentoren van de Politieacademie. Daar stonden twee studenten klaar om het nieuwe onderwijsjaar symbolisch in te luiden. Om ook de buitenwereld te laten weten dat er weer een nieuw onderwijsjaar is begonnen. Om verder te bouwen aan de politie van morgen en overmorgen.

Minister David van Weel met twee studenten

Niet gevonden wat je zocht?

 

We gebruiken cookies om de website goed te laten werken. En om het gebruik van de website te analyseren. Dit doen we volledig anoniem. Met jouw toestemming plaatsen we ook cookies van derden. Je gaat hiermee akkoord als je op ‘accepteren’ klikt. Klik je op ‘weigeren’? Dan plaatst de website deze cookies niet. Meer informatie over het gebruik van cookies op politieacademie.nl lees je in onze cookieverklaring.