Onderwijs 'De politie rendeert beter met teamleden van meer soorten achtergronden en expertises' Geschreven op maandag 12 mei 2025 De maatschappelijke uitdagingen van de politie worden steeds internationaler en complexer. Om deze problemen goed aan te kunnen vliegen heeft de politie een divers personeelsbestand nodig. Met praktisch en theoretisch geschoolden. Erie Braakhekke is sectorhoofd Hoger Politieonderwijs (HPO) bij de Politieacademie. Zij werkt met haar team dagelijks aan het vormgeven van dit onderwijs. Wat is de toegevoegde waarde van bachelor- en masteropleidingen voor de politie? Wat zijn haar ambities en doelen? “Het werk van politiemensen wordt steeds complexer”, zegt Braakhekke. “We zien steeds meer internationalisering van criminaliteit, ook in samenwerkingsverbanden van criminelen. Neem het vak recherche of opsporing: vroeger was opsporing vooral afhankelijk van verhoor. Nu wordt er veel gewerkt met heel veel meer data. Die wordt opgehaald uit bijvoorbeeld cryptotelefoons, auto’s en social mediakanalen.” Rechercheurs moeten die data kunnen vastleggen en verbanden kunnen leggen. En kunnen uitleggen welke data belangrijk zijn voor het onderzoek en welke niet. De politie heeft dus mensen nodig die het leuk vinden om meer te wikken en te wegen en langer onderzoek te doen. Een organisatie floreert en rendeert beter met teamleden van meer soorten achtergronden en expertises. We willen de verbinding tussen doe-kracht en denkkracht versterken.” Start van de sector Hoger Politieonderwijs Toen Braakhekke in 2022 begon als sectorhoofd bestonden er drie masteropleidingen en één bacheloropleiding. Ale betrokkenen bleken op hun eigen manier de opleidingen op de rit te hebben gekregen. Aan Braakhekke de taak om de opleidingen samen te brengen in een nieuwe sector Hoger Politie Onderwijs (HPO). Het doel was meer onderlinge samenwerking en het verhogen van de kwaliteit van de opleidingen. En de ontwikkeling van een nieuwe bacheloropleiding Rechercheur, Politieagent, Wijkagent en Politieleider. Inmiddels bestaat de sector HPO uit zo’n 80 medewerkers. “Iedereen werkt met volle overtuiging aan het opleiden van onze studenten. We voelen allemaal veel betrokkenheid met de samenleving, het politievak en uiteraard met de studenten. Dat vind ik geweldig om te ervaren!” Opleidingen sluiten nauw aan op politiepraktijk Er gaat veel tijd zitten in het ontwikkelen van een nieuwe opleiding. Eerst geeft de Politie een beroepsprofiel af. Dat is een opsomming van wat in de praktijk nodig is aan kennis en expertise. Dat profiel moet daarna worden omgezet naar een kwalificatiedossier. Daarin staat wat je moet kunnen en weten als je de opleiding met goed gevolg hebt afgerond. Vanuit dat dossier worden vervolgens de lessen ontwikkeld die aansluiten bij de praktijkbehoefte. “Dit hele proces doen we in overleg met mensen uit de praktijk, met praktijkbegeleiders, trajectbegeleiders en leidinggevenden. Het HPO-onderwijs sluit dus heel nauw aan bij wat er in de politiepraktijk nodig is.” De bachelor Rechercheur is begonnen aan het tweede leerjaar. Een opleiding waar Braakhekke erg trots op is. Landing in eenheden Per jaar stromen zo’n 200 HPO-studenten in bij de politie, tegen zo’n 2200 BPO-studenten. “Hbo-opgeleiden zijn er dus zeker. Maar ze zijn minder zichtbaar omdat het gros van de instroom vanuit het Basis Politieonderwijs (BPO) komt.” Het is belangrijk dat de studenten een sociaal veilige en effectieve landing in de eenheden kunnen maken. De startbekwame bachelors groeien via hun werkzaamheden daar namelijk door naar vakbekwaam. In praktijk gebeurt het helaas dat HPO-studenten met scepsis worden bekeken omdat ze minder praktijkervaring hebben opgedaan. Er zijn daarom nu twee keer ontmoetingen tussen studenten, opleidingen en eenheden geweest, in ontwikkelpleinen. Samen kwamen deze partijen met aanbevelingen om de studenten die gewenste landing te laten maken in de eenheden. Groeien De Politieacademie en de politie zijn steeds in gesprek over de opzet van de opleidingen. En over de gewenste aantallen van instroom via HPO. “We weten dat er behoefte is aan meer mensen voor de opsporing. Dat er op recherche-afdelingen ook behoefte is aan juridische ondersteuning of data-analyse. Mijn ambitie met de sector HPO is afhankelijk van wat de politie vraagt. We willen graag in de toekomst een grotere bijdrage leveren aan het korps. Door in aantallen klassen te groeien. Het korps moet dat natuurlijk wel van tevoren aanvragen. We hebben aanlooptijd nodig om docenten en ondersteuners te werven en bekwaam te maken. En ook wij zijn afhankelijk van de arbeidsmarkt. Met name in het domein van Opsporing is er krapte. Wellicht dat er collega’s uit de Opsporing parttime willen werken als docent?”