Als je op het nationaal sportcentrum Papendal bij elkaar komt, dan denk je onvermijdelijk aan topsport. Toen ik daar deze maand met meer dan 400 collega's zat om over de nieuwste ontwikkelingen in de opsporing te praten, kon ik bij wijze van spreken het zweet van olympische helden als Daphne Schippers, Epke Zonderland en Sanne Wevers ruiken. Het ging tijdens de workshops onder andere over het Dark Web en de forensische opsporing. Allemaal inspirerende bijeenkomsten. Maar ik heb me daar dus ook laten inspireren door de manier waarop sporters zich tot topsporters ontwikkelen.
Je denkt dan natuurlijk al snel aan de dingen die je hoort op de motivatie-bijeenkomsten waar topsporters en ex-topsporters steeds vaker als sprekers worden uitgenodigd. Dat je altijd bezig moet zijn het beste uit jezelf te halen. Dat je je grenzen moet verleggen. Dat bij je werk en roeping een bepaalde manier van leven hoort. Dat je alleen aan de top kan komen en blijven als je blijft oefenen, trainen en leren. En dat je ondanks al die hoge ambities in balans moet blijven met jezelf en je omgeving.
Toch gingen mijn gedachten op Papendal uit naar een heel ander aspect dat cruciaal is voor het leveren van topprestaties. Wat het sportcentrum namelijk zo uniek maakt zijn niet de prachtige sportaccommodaties, maar de nadruk op de begeleiding. Op Papendal staan constant specialisten klaar om de sporters te helpen bij het bestrijden van blessures, adviezen te geven op technisch gebied, te motiveren, op het goede spoor te zetten met hun voeding, enzovoort. Papendal maakt zo mogelijk wat de rijke sporter voor zichzelf regelt: het zorgt voor een team dat individuele topprestaties mogelijk maakt. Want topprestaties lever je nooit alleen.
Daarmee kom ik op een van de grote de opdrachten waar wij voor staan als we opsporing op topniveau willen brengen. Om te excelleren moeten we zorgen voor teams die ons steunen. Bijvoorbeeld door feedback te geven. Of door ons te helpen de omgeving te verkennen, zoals in de wedstrijdsport de tegenstanders worden geanalyseerd.
Op Papendal riepen we de deelnemers op om bij elkaar te gaan zitten en samen met vernieuwende ideeën te komen. Uit die rijke oogst van 51 ideeën hebben we er vier als beste geselecteerd. Wat dan meteen opvalt is dat twee daarvan gaan over het belang van begeleiding. Een groep kwam met de suggestie van een kwaliteitscoach die de professionals in de opsporing steunen en adviseren. Een andere groep stelde voor met trendminers te gaan werken: trendwatchers dus die ons gaan helpen de ontwikkelingen in de buitenwereld te observeren en analyseren.
De vier winnende ideeën worden verder uitgewerkt. Ik reken erop dat ze goud gaan opleveren.
Columnist van dienst: Wim van Amerongen
Programmadirecteur Herijking Opsporing
Reageren? Mail naar kwaliteitopsporing@politie.nl
