Lintopdrachten overslaan
Verdergaan naar hoofdinhoud

Hoe de WhatsAppgroepen een nog groter succes worden

Plaatsingsdatum:

Laatste update: 20-11-2018 08:15

Kortgeleden stond op de website politiewetenschap.nl een kritisch verhaal over de WhatsApp-groepen Buurtpreventie. De aanleiding was een onderzoek dat door drie onderzoekers van de VU, het Verweij-Jonkerinstituut en Mehlbaum Onderzoek is uitgevoerd. Eén opmerking trof me in het bijzonder: dat de groepen volgens de onderzoekers slechts een beperkte invloed hebben op de 'sociale veiligheid'. Ze waren maar één geval tegen gekomen waarbij een melding van burgers in een WhatsAppgroep had geleid tot een aanhouding. Ze concludeerden verder dat het lastig is hard te maken of er sprake is van een preventieve werking.

Ik vroeg me meteen af wat er dan met het begrip 'sociale veiligheid' wordt bedoeld. Het lijkt me een begrip dat veel meer betekent dan aanhouden van verdachten en zelfs preventie. Het heeft te maken met je veilig voelen. Met weten dat je er als burger of slachtoffer niet alleen voor staat. Met het idee dat je niet machteloos bent. Het interessante is dat uit dat onderzoek blijkt dat de WhatsAppgroepen wat dat betreft juist uitstekend functioneren.

De onderzoekers constateren bijvoorbeeld dat de groepen leiden tot cohesie. Buurtbewoners leren elkaar kennen. Ze vinden elkaar in facebookgroepen. De leden van de groepen nemen samen initiatieven als het oprichten van een buurtbarbecue. Mensen voelen zich onderdeel van een gemeenschap waarin ze elkaar helpen, ondersteunen en zorgen delen. Bij die sociale veiligheid hoort ook dat kennis wordt uitgewisseld. Er is een brommer gestolen. Een ander verdenkt een buurtgenoot. De wijkagent gaat even langs en laat de buurtgenoten weten hoe de vork in de steel zit.

Dat betekent overigens allemaal niet dat we ons van het rapport weinig hoeven aan te trekken. De onderzoekers schrijven dat door een actieve rol van de politie in de WhatsAppgroepen regelmatig wordt voorkomen dat burgers voor eigen rechter gaan spelen. Die rol kunnen we versterken, denk ik dan. Een kritiekpunt is de rol van de gemeenten die niet altijd iets doen met hun informatie. We kunnen het rapport als aanmoediging zien om gemeenten daarop te blijven spreken.

Maar we moeten ons vooral de kritiek aantrekken dat we de deelnemers aan de WhatsAppgroepen nog te weinig op de hoogte houden van wat we met hun informatie doen. Ik dacht meteen: dat is een verklaring waarom voor de deelnemers blijkbaar niet duidelijk is wat de preventieve werking is van WhatsAppgroepen. Want we doen natuurlijk wel degelijk iets met de informatie van burgers. Soms gaat de wijkagent bijvoorbeeld langs om te voorkomen dat ruzies uit de hand lopen. Of we krijgen door de informatie zicht op welke delen van buurten kwetsbaar zijn voor criminaliteit. Net zo goed als de informatie bij onze onderzoeken vaak op een directe en indirecte manier gebruikt worden. Je leert over (potentiele) daders of dadergroepen. Je leert patronen herkennen, het helpt je dingen zien. Hoe zit dat eigenlijk met die nieuwe winkel? Is dat geen dekmantel voor iets anders?

Maar even bellen, of langs komen om een buurtbewoner te vertellen wat we met zijn of haar melding hebben gedaan, schiet er inderdaad te vaak bij in. Ik weet zeker dat het erg gewaardeerd zou worden als we dat we deden. Bovendien leert de ervaring dat zo'n gesprek weer aanvullende informatie oplevert. De kritiek drukt ons met de neus op het feit we al die actieve buurt dorps- en stadsgenoten in WhatsAppgroepen nog steeds onvoldoende als gelijkwaardige partner zien. Als we dat wel gaan doen zal niet alleen de 'sociale veiligheid' toenemen, maar zullen burgers ook vaker bruikbare informatie met ons delen.

Reacties? Stuur ze naar: kwaliteitopsporing@politie.nl

Columnist van dienst: Frank Smilda
Sectorhoofd Dienst Regionale Informatie Organisatie 

Leestip: https://www.politieenwetenschap.nl/publicatie/politiekunde/2018/doe-het-zelfsurveillance-317/

Trefwoorden