Lintopdrachten overslaan
Verdergaan naar hoofdinhoud

Die digitale pet past ons allemaal

Plaatsingsdatum:

Laatste update: 6-6-2017 11:07

Nu we op weg zijn met de herijking opsporing wordt steeds duidelijker dat er in dit proces van technologische vernieuwing twee opgaven zijn waarop we een antwoord moeten zien te vinden. De eerste werd door mijn collega-columnist van dienst Frank Smilda onlangs (column: Hoe voorkom je een 'digitale IRT-affaire'?) al goed beschreven. Dat is hoe we voorkomen dat we net iets te enthousiast worden over wat er allemaal kan. Bijvoorbeeld op het gebied van het digitaal analyseren van sociale netwerken of computers. Je loopt dan immers het risico dat we dan de regels van de rechtsstaat veronachtzamen.

In de VS zie je al dat burgers, door de onthullingen over de vergaande opsporingsbevoegdheden die de NSA heeft, het vertrouwen in de overheid verliest. Ik ben het helemaal met Frank Smilda eens dat we als politie en OM in de discussie wat wel en wat niet kan (en de verhouding tot de regels van de rechtsstaat) voorop moeten lopen. Dat scherpt ons in ons denken over wat daarbij ons waardenkompas moet zijn en draagt bij aan het vertrouwen van de burgers.

Zo'n debat is meteen ook een mooie gelegenheid om burgers een spiegel voor te houden. Want aan de ene kant is het terecht om te eisen dat de overheid de persoonlijke leefwereld van burgers zo veel mogelijk respecteert. De overheid heeft daarbij de plicht om duidelijk te maken welke bedreigingen het gebruik van (nieuwe) bevoegdheden met zich meebrengen. Maar daar tegenover staat wel een opvallend grote argeloosheid ten opzichte van de private sector. Realiseren burgers zich wel voldoende hoeveel organisaties als Facebook en Google over ons weten? En dat bijvoorbeeld de 500 kenmerken van je Googleprofiel door hackers via, het Darknet, aan de meestbiedende wordt aangeboden?

De tweede opgave heeft te maken met de rol van de burgers. In mijn rol van programmadirecteur lees en hoor ik elke dag weer over innovaties. Vooral in de regio Eindhoven lopen ze daarmee voorop. Modern toezicht met de geluidssensoren en moderne camera's. Bijen die hightech getraind worden om illegale hennepplantages op te sporen. Experimenten met straatverlichting die een positief effect voor het uitgaanspubliek. Allemaal voorlopers van de revolutie die ons zowel bij de handhaving van de openbare orde en de opsporing te wachten staat. Maar veel van die experimenten gaan nog wel uit van het idee dat wij als politie en OM de problemen van de burgers oplossen. Voor een échte revolutie is nog iets meer nodig: een actieve rol van, en samenwerking met, burgers. Eén van de rode draden in de zoektocht die moet leiden tot een toekomstproof opsporing, is het radicaal accepteren dat we met de burger samenwerken. Door aan te sluiten op de initiatieven van burgers zelf. Of door het ontwikkelen van tools als een opsporingsapp, waarover Frank in zijn blog van 26 april al schreef.

Bij de beantwoording van die twee opgaven komen we bij hetzelfde Leitmotiv uit: zorgen dat we ons als professionals en burgers samen verantwoordelijk voelen voor onze veiligheid en de democratische rechtstaat, en dus ook een publieke discussie over het waardenkompas bij het toepassen van nieuwe opsporingsmethoden. Ooit werd dat streven vervat in een prachtige slogan: Die pet past ons allemaal! Wat dacht u van de volgende aanpassing: Die digitale pet past ons allemaal!?


Weet u een betere slogan? Mail naar kwaliteitopsporing@politie.nl


Columnist van dienst: Wim van Amerongen
Programmadirecteur Herijking Opsporing

Trefwoorden