Lintopdrachten overslaan
Verdergaan naar hoofdinhoud

Promotieonderzoek naar de rol van individuele kenmerken bij groepsgeweldplegers

Plaatsingsdatum:  

Laatste update: 25-9-2020 10:00

Bij het verklaren van groepsgeweld zou aandacht moeten zijn voor zowel de onderlinge verhoudingen tussen de 'eigen' en andere groepen als de geldende 'mores' binnen specifieke dadergroepen én individuele kenmerken. Dat laat promovendus Tom van Ham zien in zijn proefschrift. Dinsdag 29 september promoveert hij aan de Universiteit Leiden. Lector Otto Adang van de Politieacademie was betrokken bij het onderzoek van Van Ham als promotor.


Groepsgeweldplegers hebben doorgaans geen strafblad. Daarmee is het accent in het verklaren van groepsgeweld in eerder onderzoek komen te liggen op de onderlinge verhoudingen tussen de 'eigen' groep en andere groepen. Het onderzoek van Van Ham betoogt echter dat individuele kenmerken niet terzijde geschoven kunnen worden. Een deel van de groepsgeweldplegers (circa 10 procent) blijkt namelijk vanaf jonge leeftijd met de politie in aanraking te komen vanwege geweldpleging, zowel alleen als in groepsverband. Bovendien komen bepaalde psychologische kenmerken – zoals problemen met impulscontrole, ADHD en agressieregulatieproblematiek – in deze groep vaker voor dan onder andere groepsgeweldplegers. Kortom: voor een deel van de groepsgeweldplegers lijkt groepsgeweld niet alleen te worden ingegeven door de situatie, maar ook door individuele eigenschappen die in zulke situaties tot uitdrukking komen.

De onderzoeksbevindingen kunnen bijdragen aan vroegsignalering van notoire groepsgeweldplegers. Ook impliceren de bevindingen dat psychologische rapporten en risicotaxaties een beter beeld kunnen geven van de onderliggende oorzaken van iemands betrokkenheid bij groepsgeweld, het recidiverisico en de vereiste maatregelen om recidive te voorkomen.


Meer informatie?


Trefwoorden